Afbeelding
Hoe Netflix stilaan zijn eigen graf delft

Hoe Netflix stilaan zijn eigen graf delft

cultuur

Netflix kon bij de gemiddelde kijker lange tijd niks verkeerd doen. Een streamingdienst die films en series bundelde en op een gebruiksvriendelijke en handige manier beschikbaar maakte. Ze kochten licenties aan bij verschillende distributeurs, die op hun beurt maar wat blij waren met de kans om hun intellectueel eigendom in zoveel mogelijk huiskamers te krijgen. Lange tijd ging het goed. Mensen begonnen meer en meer ‘de kabel door te knippen’, stopten met het kopen van dvd’s en andere dragers. Een rondvraag leert me dat voor veel mensen (lees niet-cinefielen) een bioscoopbezoek zelfs pre-corona al meer curiositeit dan vaste prik was geworden omwille van die streamingdienst.

Toch rommelt het momenteel behoorlijk in het ooit zo sterke Netflix-bastion. De aandelen kelderen aan sneltempo en voor het eerst in haar geschiedenis werd in het eerste kwartaal een verlies van abonnees genoteerd. Veel van de redenen voor de lastige situatie waarin de streamingdienst nu verkeert, hebben ze zelf in de hand gewerkt. Het bedrijf heeft al een tijdje niet meer de perceptie van de goedkope rebel te zijn. Integendeel, het is zelfs een van de duurdere aanbieders op de markt. Het feit dat Netflix eindelijk eens echt werk wil maken van het tegengaan van paswoorden delen bij mensen die niet op hetzelfde adres wonen, werd ook niet enthousiast onthaald. En dat ze daarbij binnenkort waarschijnlijk een goedkopere versie aanbieden inclusief advertenties, zorgt er alleen maar voor dat Netflix niet langer als hip maar eerder als irritante ‘big corp’ wordt ervaren.

Daar komt nog bij dat heel het idee en de filosofie van Netflix door de vrije markt ondertussen compleet uitgebeend zijn. Het bedrijf maakte vroeger film en televisieseries kijken gemakkelijk. Eén aanbieder die een eenvoudig te gebruiken platform voorschotelt waarop ‘alles’ te zien is. Maar distributeurs zagen snel het nut in van hun eigen streamingdienst te beginnen en zo de concurrentie met hun vroegere partner aan te gaan. Inmiddels heeft Netflix dan ook stevige concurrentie gekregen van Disney+, Prime Video en Streamz. In heel wat landen zijn ook Paramount+ en HBO Max al stevig in de markt verankerd (en ongetwijfeld op weg naar België). Voor de consument is die versnippering natuurlijk slecht nieuws. Dat je binnenkort misschien opnieuw 50 euro of meer per maand betaalt om min of meer up to date te zijn qua entertainment, is geen houdbare situatie. Waar eindigt het? Eén bedrijf dat al die diensten opnieuw bundelt en op de markt zet? Dan zijn we terug bij af en hebben we in essentie gewoon de ene kabeldienst voor de andere omgeruild.

Netflix heeft tot slot het gigantische probleem dat hun creatieve werk moeite heeft om de concurrentie bij te benen. Series worden om de haverklap al na 1 seizoen op de schop gezet. En hoewel ze geregeld grote namen aan hun projecten weten te koppelen, genieten ze zelden de kritische bijval waar giganten met meer ervaring in de sector (HBO bijvoorbeeld) wel op mogen rekenen.

Een paar jaar geleden leek er geen eind te komen aan de stijgende populariteit van Netflix. Maar het wordt stilaan duidelijk dat het bedrijf slachtoffer is van zijn eigen succes. De grote ironie is dat het vaak net dan op de kwaliteit van je werk aan komt. De creativiteit. De kunst die je aanbiedt via je medium. Heeft Netflix de juiste mensen in huis die naast de aandeelhouders ook de liefhebbers van film en televisie weten aan te spreken? Dat blijft voorlopig een groot, openstaand vraagteken.