Afbeelding
Over snot- en bloedneuzen

Over snot- en bloedneuzen

Gezondheid

De neus is een primaire toegangspoort voor lucht en ook voor virussen en bacteriën. Het is beter om door je neus te ademen dan door je mond, want de neuswegen bieden een betere eerste barrière ter bescherming. Zij zijn afgeboord met slijmvliescellen (= vangen virussen, bacteriën en fijnstof op), beschikken over neusschelpen (= een soort natuurlijke airconditioning die inkomende lucht opvangt en fijnstof en virussen filtert) en trilhaartjes die slijmen (= snot, rochels) vol fijnstof, virussen en bacteriën traag naar buiten ‘borstelen’.

Rond 16 jaar bereikt de neus zijn basisvorm. In kouder klimaat zijn ze smaller (= beter in staat om ingeademde lucht op te warmen) en in warme, vochtige gebieden zijn ze breder. De grootte van de neus heeft niets te maken met hoe goed we kunnen ruiken - dat bepaalt de grootte van de geurzenuw in onze hersenen. Bij vrouwen is de geurzenuw groter en complexer dan bij mannen (= ter bescherming van de voeding voor de baby).

De aan de neus verbonden, maar iets hoger gelegen sinussen zijn maximaal bedekt met epitheelcellen die slijm produceren en de aanwezige sinustrilhaartjes voeren traag, maar gestadig het ‘besmette’ afvoerslijm weg. Bovendien bevat dit slijm antimicrobiële stoffen. De neus vormt een soort trechter waardoor al het slijm, waarin ook de hoger losgekomen virussen zitten, naar de keelholte en de neusamandelen gevoerd wordt. Dat is de reden waarom het staafje bij een ‘standaard’ COVID-19-test nogal diep in het neusgat geduwd moet worden.

Een gemiddelde volwassene maakt meer dan een liter slijmvocht per dag aan (bij ziekte wel twee liter!). In de neus noemen wij dit doorgaans snot. In de mond heeft het een lichtjes andere samenstelling: er zitten speeksel en enzymen in, die je helpen om je eten te verteren. De meerderheid van onze slijmproductie slikken we gewoon door en in de maag maakt het maagzuur het overgebleven gevaar in de slijmen totaal onschadelijk.

Wat nu met een bloedneus? Een bloedneus krijg je meestal door een gesprongen bloedvaatje. Het bloed loopt uit een of beide neusgaten. Vaak proef je een bloedsmaak in de mond. Over het algemeen is een bloedneus onschuldig en kun je er zelf wat aan doen. De fijne bloedvaatjes in de neus zijn erg gevoelig voor beschadigingen. Kinderen krijgen vaak een bloedneus door de neus te hard te snuiten, neuspeuteren, een wondje in de neus en dergelijke meer. Zeer gevoelige mensen kunnen zonder directe aanleiding een bloedneus krijgen bij warm of droog weer, op grote hoogte, bij zware inspanning of bij rooklucht. Oudere mensen hebben vaker een bloedneus, omdat hun bloedvaatjes kwetsbaarder geworden zijn.

Rustig blijven is de boodschap. Ga zitten en leun licht voorover, zodat het bloed niet in je keel loopt. Snuit desnoods lichtjes je neus om bloedklonters te verwijderen en adem door de mond. Druk vier tot vijf minuten lang je neus dicht tussen duim en wijsvinger, net onder het harde gedeelte van de neus. Door die druk kan het gekwetste bloedvaatje dichtstollen, waardoor de bloeding stopt. Dit doet de verpleegster ook, nadat ze een bloedafname gedaan heeft uit een van de armaders: enkele minuten drukken op de door de opnamenaald gemaakte aderopening om het natuurlijke stollingsproces in gang te zetten.

Een bloedneus ziet er soms heftig uit door het overal lopende, roodgekleurde vocht, maar is op een rustige manier goed onder controle te krijgen zonder artsenhulp. Alleen in zeldzame, ziekelijke gevallen of na inname van bijvoorbeeld te veel bloedverdunners moet een arts geraadpleegd worden.

Wat een snotneus betreft, hoop ik dat je het belang van slijm in onze bovenste (= neus) en middelste luchtwegen (= sinussen) ingezien hebt. Zeg nooit meer zomaar ‘bah’ als je slijm (= snot) ophoest. De kans is groot dat de rochel een slachtoffer van je afweertroepen is, afgevoerd vanaf het slagveld van de slijmvliezen. Ook in coronatijden doen de glibberige delen in neus, keel en luchtwegen hun werk.

dr. apr. Paul Nijs